Celstraffen tot Zes Jaar voor Ondergronds Drugslab in Riemst
Op 19 juni 2024 deed de Federale Gerechtelijke Politie (FGP) een inval in een woning aan de Visésteenweg in Riemst, waarbij een ondergronds drugslab werd ontdekt. De actie volgde op een periode van observatie waarbij verdachte activiteiten waren opgemerkt, waaronder het frequente bezoek van Poolse en Nederlandse voertuigen.
Ontdekking van het Drugslab
Tijdens de huiszoeking vonden speurders een verborgen ingang naar een mergelgroeve onder de woning, verborgen onder een stapel OSB-platen in de wasplaats. Via een zeven meter diepe schacht bereikten ze het ondergrondse labo, waar blauwe vaten, metalen ketels en een put met groene smurrie, vermoedelijk afkomstig van chemisch drugsafval, werden aangetroffen. De analyse van de afvalstoffen toonde aan dat het ging om de productie van BMK en amfetamines.
De procureur benadrukte de ernst van de situatie: "De productie van deze drugs zorgt voor een grote impact op de maatschappij, de volksgezondheid en het milieu. Dat hier gebruik werd gemaakt van een ondergronds gangenstelsel waarin bovendien ook nog eens afval werd gedumpt, is ongezien."
Arrestaties en Veroordelingen
De 59-jarige Nederlandse eigenaar van de woning en een 27-jarige Poolse laborant werden ter plaatse gearresteerd. De eigenaar beschuldigde zijn dakwerker van de leiding van het labo, bewerend dat hij enkel een deel van de woning verhuurde. Hij ontkende betrokkenheid, maar zijn advocate erkende dat zijn rol groter was dan hij toegaf, aangezien hij de laboranten binnenliet.
De Tongerse rechter veroordeelde de eigenaar tot vijf jaar cel en een geldboete van 24.000 euro. Zijn woning, wagen en een bedrag van 50.000 euro werden verbeurd verklaard.
De Rol van de Dakwerker
De 36-jarige Nederlandse dakwerker ontkende elke betrokkenheid. Hij verklaarde dat zijn DNA op een masker werd gevonden omdat hij het dak had hersteld en een masker had geleend vanwege de aanwezigheid van asbest. De rechter was echter overtuigd van zijn leidinggevende rol en veroordeelde hem tot zes jaar cel en een geldboete van 32.000 euro, plus een verbeurdverklaring van 150.000 euro. Zijn arrestatie veroorzaakte opschudding in de rechtszaal.
Verdere Veroordelingen en Vrijspraak
Andere betrokkenen, waaronder een Nederlander en twee Polen die als chauffeurs fungeerden, kregen celstraffen tussen vier en zes jaar en geldboetes tussen 16.000 en 32.000 euro. Een Poolse laborant kreeg vier jaar cel, een geldboete van 16.000 euro en een verbeurdverklaring van 20.000 euro.
Een Poolse vrouw werd vrijgesproken wegens gebrek aan bewijs. Ze had verklaard niet te weten waarvoor haar wagen zou worden gebruikt en ontkende elke betrokkenheid bij de drugshandel.